+ 86-18052080815 | info@harsle.com
U bevindt zich hier: Huis » Ondersteuning » bloggen » Krachtponspers met dubbele aandrijving

Krachtponspers met dubbele aandrijving

Aantal Bladeren:20     Auteur:Site Editor     Publicatie tijd: 2018-08-10      Oorsprong:aangedreven

Inquiry

  Afbeeldingen (1)

Krachtponspers met dubbele aandrijving

  Omschrijving

  Bij krachtponsmachines van het dubbele cranktype is de uiteindelijke aandrijfas normaal voorzien van een aandrijfkruk of vergelijkbare excentrische inrichting op of nabij elk van de tegenover elkaar liggende einden ervan. De lengte van deze as levert bepaalde ontwerpproblemen op,in het bijzonder met betrekking tot het koppel dat zich in de schacht ontwikkelt wanneer de belasting ten opzichte van de krukken aan de tegenoverliggende zijden daarvan ongelijk is. In de stand van de techniek zijn verschillende ontwerp-hulpmiddelen voorgesteld voor het aandrijven van beide einden vandergelijke dubbele krukassen maar verschillende praktische bezwaren zijn noodzakelijk getolereerd in aandrijfinrichtingen van dit algemene type.

  De onderhavige uitvinding verschaft een aandrukinrichting met dubbele crankkrachtponsmachine waarbij individuele motoren zijn verschaft, één voor het aandrijven van elk einde van de dubbele krukas, met een afzonderlijke koppeling aan elk einde van de krukas,koppelingen die onder een gemeenschappelijke of gelijktijdige besturing staan.

  Opgemerkt wordt dat met de voorgaande opstelling de afstand langs de krukas vanaf de punten van koppeltoepassing naar de punten waar het koppel wordt ontvangen en vertaald door de krukken of eccentrieken een relatief korte afstand is.afstand aan elk uiteinde van het carter. Dat wil zeggen, de hoofdkoppeloverdragende gedeelten van de krukas omvatten alleen de relatief uitstekende lengten daarvan die liggen tussen de koppelingen aan elk einde van de krukas en de aangrenzendekrukken. Vanzelfsprekend kan bij een dergelijke opstelling een schacht met een kleinere diameter worden gebruikt voor een gegeven belasting en een bepaalde toelaatbare torsie of hoekafbuiging dan bij ontwerpen die langere koppeloverbrengende schachtdelen omvatten.

  Het verschaffen van aandrijfmiddelen aan elk einde van een motorstansperskrukas is niet in grote lijnen nieuw, maar gewoonlijk wordt dit gedaan door de tegenovergestelde uiteinden van de krukas te drijven vanaf een gemeenschappelijke achteras die op zijn beurt zijn aandrijfkoppel ontvangt van eenenkele voedingsbron, op een bepaald punt langs de achteras. Bij dergelijke opstellingen worden ongelijkheden in torsie-uitwijking teruggevoerd naar en door de achteras van het ene uiteinde van de krukas naar het andere.

  Bij conventionele dubbele crankpersen met een doorlopende achteras die is afgestemd op beide uiteinden van de krukas, veroorzaken ongelijkheden in de verdeling van de belasting of andere factoren die een ongelijke afbuiging van de krukas veroorzaken, de versnelling aan één kantvan de krukas om hoekig verplaatst te worden ten opzichte van de versnelling aan het andere einde. Aangezien de rondsels die deze tandwielen aandrijven zich bevinden aan tegenoverliggende uiteinden van dezelfde as, produceert deze torsie-verplaatsing ongunstige tanddrukken bij de tweerondsels die alle of de meeste belasting op één rondsel werpen en ongelijkmatige slijtage veroorzaken. In feite kan de hoekverplaatsing van de krukastandwielen gemakkelijk zodanig zijn dat een negatieve of achterwaartse belasting op een van de rondsels wordt geplaatst.

  Deze toestand is geëlimineerd in de aandrijfmiddelen van de onderhavige uitvinding. De voorgaande onaangename toestand is pc- 2.771.790 Gepatenteerde 27 november 1956, kenmerkend voor dubbele crankpersen. In een enkele krukas is er weinig kans optorsie verplaatsing tussen de twee krukastandwielen. In feite is bij enkele krukpersen het voordeel van het gebruik van een afzonderlijke aandrijving voor een tandwiel aan elk einde van de krukas verwaarloosbaar.

  In zijn ruimste aspect uitgedrukt, omvat de onderhavige uitvinding een dubbele crankponsperstransmissie en aandrijfopstelling waarbij afzonderlijke aandrijfmotoren zijn voorzien voor elk uiteinde van de krukas, met geschikte tussenliggendetransmissie en snelheidsreducerende tandwieloverbrenging, samen met een onafhankelijk koppelingsmechanisme voor elk uiteinde van de krukas dat rechtstreeks op de krukas werkt en zo de krukas van de aandrijfbronnen verbindt en ontkoppeltkoppel zonder dat de tussentanding en assen die tussen de krachtbronnen en de uiteinden van de krukas werken, worden aangesloten en losgekoppeld of anderszins worden beïnvloed. Dus de tussenliggende aandrijving en snelheidsreducerende overbrengingen enshafting werkt continu met de aandrijfmotoren en is niet onderhevig aan intermitterend starten en stoppen met de krukas bij het uitvoeren van stansslagen.

  In de vorm van de onderhavige uitvinding die hier bij wijze van voorbeeld is getoond, is een rem zodanig geplaatst dat deze in ingrijping is met de krukas midden tussen de krukken waardoor een volledig gebalanceerd ontwerp wordt bereikt. Hoewel een groot deel van de lengte van dekrukas is betrokken bij de overbrenging van het remkoppel, deze belasting is veel minder in graden dan de aandrijfbelasting.

  Hoewel een enkele uitvoeringsvorm van de principes van de onderhavige uitvinding schematisch wordt uiteengezet in de bijgevoegde tekening en wordt beschreven in de volgende specificatie, dient het te worden begrepen dat een dergelijke uitvoeringsvorm bij wijze van voorbeeld is.alleen en dat de principes van de onderhavige uitvinding alleen zijn beperkt zoals gedefinieerd in de bijgevoegde conclusies.

  De enige figuur van de tekening is een schematische lay-out van het aandrijf- en trnsirnission-deel van een dubbele crankponspers opgesteld volgens een vorm van de onderhavige uitvinding.

  In de tekening duidt het cijfer 10 een krachtponspers krukas, excentrische schacht of dergelijke aan die is verschaft aangrenzend aan de tegenoverliggende uiteinden ervan met een paar krukken 11 en 12 die op de gebruikelijke wijze een paar verbindingen aangrijpen.of verbindingsstangen (niet getoond) die zijn ingericht om aan te grijpen en heen en weer te bewegen van de gebruikelijke persglijschuif of ram van de krachtpons. De krukas It) is schematisch getoond met astapgedeelten 14, 15, 16 en 17 om op de gebruikelijke manier ondersteund te wordenstempel lagerkader lagers.

  In de opstelling van de onderhavige uitvinding zijn een paar onafhankelijke aandrijfmotoren 20 en 21 verschaft, die elk zijn verbonden voor aandrijvende aangrijping met één einde van de krukas 10 op een wijze die nu zal worden beschreven.

  De aandrijfmotor 20 is verbonden met het linker uiteinde van de krukas 10 zoals gezien in de tekening door middel van opeenvolgende aandrijf- en tussenassen 24 en 2S en de aandrijfmotor 21 is verbonden met het rechter uiteinde van de krukas 10 zoals gezien inde tekening door middel van opeenvolgende aandrijf- en tussenassen 26 en 27.

  Aparte vliegwielen 3t) en 31 zijn respectievelijk op de aandrijfassen 26 en 26 gemonteerd, en de aandrijfmotoren 2t) en 21 hebben een aandrijvende verbinding met aandrijfassen 24 en 26, respectievelijk, door middel van een riem.verbindingen 32 en 33 die de uitgaande assen van de aandrijfmotoren 20 en 21 verbinden met respectievelijk vliegwielen 3 en 31.

  Aandrijf- en tussenassen 24 en 25 zijn met tandwielen verbonden zoals bij 35 en aandrijf- en tussenassen 26 en 27 zijn overeenkomstig met tandwielen verbonden als bij 36. De tussenassen 25 en 27 zijn voorzien van aandrijfrondsels 37 en 38,respectievelijk, die aandrijftandwielen Wheels 39 en 4t aangrijpen, respectievelijk, die coaxiaal zijn opgesteld ten opzichte van de krukas aan de tegenoverliggende einden daarvan.

  De tandwielen 39 en 40 zijn gemonteerd op een vrije rotatie op de krukas 16 en de verwijzingscijfers 42 en 43 duiden afzonderlijke koppelingsmechanismen aan, die aangrijpen tussen de aandrijfwielen 39 respectievelijk 40, en de krukas 1G. De koppelingmiddelen zijn slechts schematisch aangegeven in de tekening, aangezien hun constructie en algemene type aanzienlijk kunnen variëren.

  Als slechts één voorbeeld van een koppelingsmechanisme dat geschikt is voor gebruik in de onderhavige combinatie, kan worden verwezen naar mijn eerder octrooi nr. 2.428.336 van 30 september 1947. Hoewel dat octrooi een met fluïdumdruk bediende klauwkoppeling illustreert,de koppelingen 52 en 43 kunnen van een type zijn dat wrijvingskoppelingoppervlakken belichaamt. In elk geval wordt een gemeenschappelijke regeling verschaft voor het gelijktijdig activeren van de koppelingen 42 en 43, hetzij voor het aangrijpen daarvan hetzij voor het losmaken daarvan.

  Gelijktijdig aangrijpen van de koppelingen 42 en 43 zorgt ervoor dat de krukas 10 als een eenheid met de tandwielen 39 en 49 roteert. Bij ontkoppeling van de koppelingen wordt de krukas 10 snel gestopt door middel van een middelremmechanisme 56. Dehet remmechanisme kan van het continu ingrijpende type zijn dat gewoonlijk wordt gebruikt in de krachtponsperstechniek of kan worden gecorreleerd met de koppelingen 42 en 43 om te worden aangegrepen wanneer de koppelingen worden ontkoppeld en vice versa.

  Opgemerkt wordt dat het aangrijpen van de koppelingen 42 en 43 aan tegenover elkaar liggende einden van de krukas 10 om de krachtstempelpers in werking te stellen alleen de krukas 16 zelf en de aangedreven delen van de koppelingen 42 en 43 activeert.aandrijfmotoren 20 en 21 en de gehele tandwieltreinen die naar de tegenoverliggende uiteinden van krukas 10 leiden, inclusief de onafhankelijke vliegwielen en 31 die in dergelijke tandwieltreinen zijn opgenomen en de aandrijfdelen van de koppelingen 42 en 43, zijn allemaalconstant draaiende terwijl de aandrijfmotoren in werking zijn, zodat de traagheid van al deze ketting van transmissie-elementen niet hoeft te worden overwonnen aan het begin en het einde van elke werkcyclus van de werking van de stempeldrukken, zoals in bepaalde bekende transmissieregelingen van dit algemene type.

  Verder wordt opgemerkt dat de min of meer onafhankelijke aandrijfmechanismen voor elk uiteinde van de krukas 10 alleen onderling zijn verbonden door de krukas zelf en dat er derhalve geen mogelijkheid is voor spanningen die zijn opgezetover de aandrijfopstelling waarbij wordt geprobeerd om twee einden van een krukas uit een enkele aandrijfeenheid te drijven.

  Zoals eerder hierin is vermeld, zijn de koppelingsmechanismen aan elk einde van de krukas zodanig ingericht dat deze tegelijkertijd aangrijpen en ontkoppelen, zodat het vermogen van de onafhankelijke aandrijfmotoren 2t) en 21 gezamenlijk wordt toegepast op de tegenoverliggende uiteinden vande krukas tegelijkertijd en wordt tegelijkertijd daarmee tegelijkertijd ontkoppeld. Verschillende middelen voor het bereiken van gelijktijdige werking, zoals door middel van gemeenschappelijke elektrische bedieningsorganen en dergelijke, zijn welbekend in de techniek waarnaar deonderhavige uitvinding heeft betrekking.

  Als de koppelingsmechanismen van het luchtbediende type zijn dat is uiteengezet in het eerdere eerder genoemde Munschauer-octrooi, zal de luchtdrukleiding gewoonlijk zijn voorzien van een enkele regelklep, zoals een elektromagnetische klep, mettakken die naar de luchtkamers van de twee koppelingsmechanismen leiden voorbij een dergelijke gemeenschappelijke regelklep.

  In de tekening zijn de koppelingen 42 en 43 van het luchtbediende type en is de rem 46 van het luchtafgiftetype, alle zoals eerder hierin aangegeven en zoals getoond, bijvoorbeeld, in aanvragers voorafgaand octrooi nr. 2.722.298. De luchtkanalen voorhet bedienen van de koppelingen 42 en 43 respectievelijk aangeduid als 66 en 61 en de luchtafgifteleiding voor rem 46 is aangeduid met 62. Deze leidingen voeren uit een luchttoevoerleiding 63 die is verbonden met de con 4 duits 60, 61 en 62 doorweg van een elektromagnetische klep 64 die wordt geopend wanneer de schakelaar 65 wordt gesloten om de werkende solenoïde 66 van de solenoïdeklep 64 te bekrachtigen.

  Wat wordt geclaimd is:

  1. In een krachtpers van het dubbele cranktype met inbegrip van een krukas met een paar cranks axiaal daarlangs geplaatst, een paar onafhankelijke elektrische aandrijfmotoren voor het aanleggen van aandrijfkoppel op de krukas aan tegenoverliggende zijden van de krukaskrukken, aandrijfwielmiddelen geplaatst aan tegenover elkaar liggende uiteinden van de krukas coaxiaal daarmee en een koppelingsmechanisme dat werkt tussen elk aandrijfwiel en het bijbehorende uiteinde van de krukas, en een soortgelijk maar onafhankelijk tussenliggend middeltransmissie- en snelheidsreducerende tandwielen die werken tussen elke aandrijfmotor en elk van de koppelingsmechanismen.

  2. in een krachtpers van het dubbele cranktype met inbegrip van een krukas met een paar cranks axiaal daarlangs geplaatst, een paar onafhankelijke elektrische aandrijfmotoren voor het aanleggen van aandrijfkoppel op de krukas aan tegenoverliggende zijden van de krukaskrukken, aandrijfwielmiddelen geplaatst aan tegenover elkaar gelegen uiteinden van de krukas coaxiaal daarmee en een koppelingsmechanisme werkend tussen elk aandrijfwielmiddel en het bijbehorende uiteinde van de krukas, vergelijkbaar maar onafhankelijk tussengelegentransmissie- en snelheidsreducerende tandwielen die werken tussen elke aandrijfmotor en elk van de koppelingsmechanismen, en remmiddelen die mediëpelbaar zijn met de krukas tussen het paar krukken.

  3. In een krachtpers van het dubbele cranktype met inbegrip van een krukas met een paar cranks axiaal daarlangs opgesteld, een paar onafhankelijke elektrische aandrijfmotoren voor het aanleggen van aandrijfkoppel op de krukas aan tegenover elkaar liggende zijden van de krukaskrukken, aandrijfwielmiddelen geplaatst aan tegenover elkaar liggende uiteinden van de krukas coaxiaal daarmee en een paar koppelingsmechanismen die elk een aandrijfdeel en een aangedreven deel omvatten, waarbij de aangedreven delen van het koppelingsmechanisme zijn bevestigd aan tegenovergestelde richtinguiteinden van de krukas en de aandrijvende delen die selectief simultaan ineengrijpbaar en ontkoppelbaar zijn met betrekking tot de aangedreven delen, en soortgelijke maar onafhankelijke tussenliggende transmissie en snelheidsreducerende tandwielmiddelentussen elke aandrijfmotor en elk van de aandrijfonderdelen van het koppelingsmechanisme.

  4. In een krachtpers van het dubbele cranktype met inbegrip van een krukas met een paar cranks axiaal daarlangs geplaatst, een paar onafhankelijke elektrische aandrijfmotoren voor het aanleggen van aandrijfkoppel op de krukas aan tegenoverliggende zijden van de krukaskrukken, aandrijfwielmiddelen geplaatst aan tegenover elkaar gelegen uiteinden van de krukas coaxiaal daar met en een paar koppelingsmechanismen die elk een aandrijfdeel en een aangedreven deel omvatten, waarbij de aangedreven delen van het koppelingsmechanisme zijn bevestigd aantegenover elkaar liggende einden van de krukas en de aandrijvende delen die selectief tegelijkertijd ineengrijpbaar en ontkoppelbaar zijn met betrekking tot de aangedreven delen, soortgelijke maar onafhankelijke tussentransmissie en snelheidsreducerende tandwielmiddelen die werkentussen elke aandrijfmotor en elk van de aandrijfdelen van het koppelingsmechanisme en remmiddelen die mediëpelbaar zijn met de krukas tussen het paar krukken.

  5. In een pers, een horizontale krukas met een paar krukelementen axiaal daarlangs op afstand geplaatst, aandrijvende tandwielen op de krukas aan zijn tegenover elkaar liggende einden, afzonderlijke tandwieltreinen die elk een rondsel bevatten in aandrijvende aangrijping met een van dekrukasaandrijfwerken, afzonderlijke aandrijfmotoren voor de afzonderlijke tandwieltreinen en afzonderlijke koppelingsmechanismen die werken tussen elk van de krukasaandrijfinrichtingen en het bijbehorende krukasuiteinde.

  6. In een pers, een horizontale krukas met een paar krukelementen axiaal daarlangs op afstand geplaatst, aandrijvende tandwielen op de krukas aan zijn tegenover elkaar liggende einden, afzonderlijke tandwieltreinen elk met een rondsel in aandrijvende aangrijping met een van dekrukasaandrijfwerken, afzonderlijke aandrijfmotoren voor de afzonderlijke tandwieltreinen, afzonderlijke koppelingsmechanismen die werken tussen elk van de krukasaandrijfwerken en het bijbehorende krukasuiteinde, enremmiddelen die mediëel kunnen aangrijpen op de krukas van de krukelementen.

  7. In een pers, een horizontale krukas met een paar krukelementen axiaal daarlangs op afstand geplaatst, aandrijvende tandwielen op de krukas aan zijn tegenover elkaar liggende einden, afzonderlijke tandwieltreinen elk met een rondsel in aandrijvende ingrijping met een van dekrukasaandrijfinrichtingen, afzonderlijke aandrijfmotoren voor de afzonderlijke tandwieltreinen, een koppelingsdeel bevestigd aan elk van de aandrijvende tandwielen, en een samenwerkend koppelingsdeel bevestigd aan de krukas grenzend aan elk van de aandrijftandwielen, de koppelingonderdelen zijn tegelijkertijd ineengrijpbaar en ontkoppelbaar.

  8. In een pers, een horizontale krukas met een paar krukelementen axiaal daarlangs op afstand geplaatst, aandrijvende tandwielen op de krukas aan zijn tegenover elkaar liggende einden, afzonderlijke tandwieltreinen elk met een rondsel in aandrijvende aangrijping met een van dekrukasaandrijfinrichtingen, afzonderlijke aandrijfmiddelen voor de afzonderlijke tandwieltreinen, een koppelingsdeel bevestigd aan elk van de aandrijvende tandwielen en een samenwerkend koppelingsdeel dat is bevestigd aan de krukas grenzend aan elk van de aandrijftandwielen, de koppelingdelen die tegelijkertijd ineengrijpbaar en ontkoppelbaar zijn, en remmiddelen kunnen in aangrijping komen met de krukas mediaal van de krukelementen.

Get A Quote
Huis
auteursrechten2023 Nanjing Harsle Machine Tool Co. Ltd. Alle rechten voorbehouden.